top of page

Wereldberoemd online, dat levert geld op

Bijgewerkt op: 12 nov. 2018


Grappige teksten, plaatjes of filmpjes op internet plaatsen, over ‘het gesprek van de dag’. Het is een nieuwe markt voor jonge reclamemakers. Grote bedrijven willen hiervoor betalen.


Eerste Paasdag, aan het eind van de dag, twittert reclamemaker Jordi van de Bovenkamp (@JOR_ID): ‘Op de valreep nog twee prima paaseieren gevonden’. Bij het bericht heeft hij een foto geplaatst van een meisje in bikini waarvan het topje royaal gevuld is. Van de Bovenkamp krijgt veel retweets, favorites en reacties. Hij is op dreef want op Tweede Paasdag plaatst hij een foto van RTL-commentator Frits Wester met twee hazenoren op zijn kale hoofd getekend. Het bericht erbij: ‘Leek me wel een mooie tijd om Frits Easter weer uit het stof te halen!’


Beroemd zonder bekend te zijn

Jordi van de Bovenkamp (31)is beroemd. Een soort van. Niemand zal hem op straat herkennen, maar op Twitter is hij een bekendheid. Dat komt door zijn woordgrappen, waarmee hij in de smaak valt bij de 27.900 mensen die hem volgen.

Grappig kunnen twitteren en facebooken zijn ideale vaardigheden voor mensen die in de reclamewereld werken. Niet alleen Van de Bovenkamp heeft succes met zijn baan in de reclame, ook andere ‘beroemdheden’ op de sociale media doen het goed.

Neem Diederik (36) – hij blijft liever mysterieus, dus zonder achternaam – die met zijn account ‘BlendTV’ 43.000 volgers op Facebook heeft. Of Maurice van Berkel (42): 14.500 volgers op Twitter.


Drie ‘gewone’ jongens die zonder een bekend acteur, journalist, schrijver of politicus te zijn toch een horde aan fans in de wereld van sociale media hebben verworven. En mede door hun vaardigheden nu werkzaam zijn in de digitale reclamewereld.


Het nieuwe reclame maken

Het enige wat ze daarvoor moeten doen: lollige tekstjes, plaatjes of filmpjes op internet plaatsen, inhakend op ‘het gesprek van de dag’. Dat kan van alles zijn: van een sportwedstrijd tot een populair YouTube-filmpje, en van een uitspraak van Geert Wilders tot de NSS-top.


Jordi, Diederik en Maurice werken als ‘Facebook-contentmakers’ bij Boomerang Create, het reclamebedrijf dat bekend is van de ansichtkaarten met een humoristische twist. De plaatjes die de drie mannen maken doen denken aan deze kaarten; vaak een actuele foto of plaatje met daarop een scherpe, pakkende tekst. Alleen verschijnen de door hen gemaakte creaties niet in de vorm van een ansichtkaart, maar als plaatje op Facebook.

Diederik en Maurice van Berkel werken twee dagen in de week bij Boomerang Create als vaste freelancers. Van de Bovenkamp is fulltime in dienst als creative director. Ze hoeven voor hun werk dus eigenlijk alleen hun hobby te beoefenen: grappige Facebook-plaatjes maken.


Alleen dan niet voor hun eigen Facebook of Twitter maar voor het account van Heineken, Mentos, Mediamarkt of 32 andere grote merken. „We kunnen niet zomaar alles doen hoor”, zegt Van de Bovenkamp. „Er is een strikte briefing per merk.”

Reclame maken is met de komst van sociale media veranderd. Bo The (34) en Alexander Veltman (34) richtten in 2008 samen Boomerang Create op. Het bleek een gat in de markt. Want grote merken willen zijn daar waar de mensen zijn; op sociale media. Veltman en Bo The begonnen met zijn tweeën, maar inmiddels hebben ze achttien mensen in vaste dienst en nog zo’n dertig freelancers. Met zijn allen maken ze gemiddeld zo’n 150 Facebook-plaatjes per week. Hiermee zijn ze naar eigen zeggen Nederlands grootste bedrijf dat zich enkel en alleen bezighoudt met het maken van reclameplaatjes en -filmpjes voor Facebook.


Iets bedenken voor Hema

Maar ze zijn niet de enigen. Neem het bedrijf Brandfighters, dat eveneens Facebook-plaatjes en filmpjes voor grote merken maakt. Wat hen betreft kan iedereen tegenwoordig de Facebook-reclamebusiness in. Daarom bedenken ze wedstrijden voor het maken van de plaatjes.


Opdrachten van merken komen op de website en iedereen mag iets insturen. Een voorbeeld van zo’n opdracht komt van Hema: ‘Koppel de producten van hema.nl aan actualiteiten, kalenderdagen of events en maak verrassende designs die het leven leuk en makkelijk maken! Beloning 200 euro.’


De leukste inzendingen die binnenkomen worden op de Facebook-pagina van het warenhuis geplaatst en de winnaars krijgen het bedrag gelijk op hun rekening.

Brandfighters laat zien dat de eisen om als Facebook-reclamemaker aan de slag te kunnen anders liggen dan bij reclamemakers die werken voor print of tv. De drempel ligt lager. Een specifieke opleiding is geen vereiste om als ‘nieuwe’ reclamejongen aan de slag te kunnen.


Dit is ook bij Boomerang Create te zien. Zo was Van de Bovenkamp voorheen bouwkundig ingenieur. „De belangrijkste skill die je moet hebben is dat je kunt Facebooken”, zegt oprichter Bo The „Dat je snapt hoe het werkt; wanneer mensen op de ‘vind ik leuk’-knop drukken, of een bericht willen delen.”

Maar er is meer. „Je moet grappig zijn, altijd op de hoogte blijven, en een beetje handig zijn met Photoshop”, zegt Bo The.


Een ander verschil dat het maken van een Facebook-reclame onderscheidt van een reclame op print of op tv is de snelheid. „Ik heb tijdens mijn werk Twitter en Facebook continu aanstaan”, zegt Maurice van Berkel. En zo ook de andere ‘plaatjesmakers’. Dat moet, want anders lopen ze het risico iets te missen.


Altijd aan het werk

„Het maken van grappige filmpjes en plaatjes is als een verslaving”, zegt Diederik. Hij is voortdurend alert op gebeurtenissen waar hij snel op wil reageren. Maar sommige inhaakmomenten zijn vooraf te plannen. Zoals Pasen of Oud en Nieuw. Toch zijn de treffendste plaatjes de ‘inhakers’ op onverwachte nieuwsgebeurtenissen. Als je het goed doet tenminste, want niet al het nieuws is aan een merk te koppelen. En geforceerd een link met een merk zoeken, is not done.


Dit verklaart de eigen Facebook en Twitter-pagina’s van de drie reclamejongens waar ze continu plaatjes en grappen op plaatsen. Komt er een plaatje in hen op dat bij geen enkel merk past, dan maken ze het voor hun eigen Facebook en Twitter.

Daarom verschijnen daar dagelijks voetbal-, politici- en andere nieuwsgrappen. Diederik „Als een filmpje op mijn eigen account viral gaat, dan is de adrenalinekick nog groter dan bij een plaatje dat ik maak voor een merk. Dat voelt toch iets minder alsof het van mij is.”


Overigens hebben niet alle reclamejongens die werken aan Facebook-content zo’n bekend eigen account. „De meesten vinden het meer dan genoeg om alleen voor merken te werken, dan hebben ze het daarna wel weer even gehad met plaatjes en filmpjes maken”, zegt Bo The. Ook reclamemaker Martijn Konings werkt op die manier. Maar de ‘beroemde’ sociale media-jongens zijn wel een goed voorbeeld van het type dat dit werk doet. Jong, altijd online en altijd op de hoogte. Fulltimers verdienen tussen de 2.000 en 4.000 euro bruto. En freelancers verdienen per geplaatst plaatje gemiddeld zo’n 200 euro.


Het buitenland veroveren


Voor de oprichters van Boomerang Create is de ‘nieuwe’ reclamewereld alweer aan vernieuwing toe. Van 2011 tot eind 2013 hadden ze een enorme groei in het aantal merken en plaatjes dat ze plaatsten. Die grote groei is nu weg, het aantal plaatjes is nu stabiel met zo’n 150 per week. Daarom zijn ze druk bezig met uitbreiden naar het buitenland. Bo The: „Facebookcontent moet, net als de merken, over de grens gaan.”

Op dit moment zijn ze in zeventien landen actief, waaronder Brazilië, Duitsland en Engeland. Maar Van de Bovenkamp, Van Berkel en Diederik blijven gewoon de Nederlandse plaatjesmarkt voorzien. Voor Boomerang Create en voor hun eigen account. Dit bleek weer afgelopen zondag, tijdens de bekerfinale tussen Ajax en PEC Zwolle. Het vuurwerkincident en de onverwachte winst van PEC Zwolle kon ook van Berkel niet ongemerkt voorbij laten gaan. Aan het einde van de wedstrijd stuurde hij een plaatje van de beker via Twitter. De tekst erbij: „Je bent een rund als je met Zwolle stunt.''

Recente blogposts

Alles weergeven

het weekend van Gwen van Poorten

BNN’s nieuwe Spuiten en Slikken-presentatrice Gwen van Poorten (24) heeft tussen de drukte door een vrije dag. Tijd voor de Thaise...

Comments


bottom of page